Enkele dagen in Kashmir - Richard Qaiser - Christus in Pakistan

Ga naar de inhoud
In februari 2007 was ik in Pakistan voor een bezoek aan mijn vaderland en aan mijn ouders, die hier voor de Heer  werken. Tijdens dit verblijf vergezelde ik mijn vader en enkele mensen van de FGA (Full Gospel Assemblies) op hun driedaagse reis naar Kashmir in verband met de herbouw en het herstelprogramma voor het verwoeste gebied vanwege de aardbeving in 2005.
Richard Qaiser

Terugblik op de aardbeving
Op zaterdagmorgen 8 oktober 2005 werd om 8.52 uur Noord Pakistan, India en Afghanistan getroffen door een verwoestende aardbeving met de kracht van 7.6 op de schaal van Richter. Het schudde de grond slechts enkele seconden, maar veroorzaakte een vloed van dood, wanhoop en vernielingen, die ongekend waren in de geschiedenis van Pakistan. Het epicentrum bevond zich in het Pakistaanse gedeelte van Kashmir en alleen in Pakistan was al sprake van 74.000 doden, 160.000 gewonden en 3.3 miljoen daklozen.
Juist met de winter in het vooruitzicht stond Pakistan hier voor de enorme taak voorzieningen te treffen om tegemoet te komen aan de noodzakelijke behoefte aan voedsel en te voorkomen, dat ziekten zouden uitbreken vanwege de doden die overal onder het puin verborgen lagen.
Niet alleen vaagde de aardbeving hele steden en dorpen weg, maar verwoestte in het gehele gebied


huizen, winkels, scholen en wegen en ontregelde zo het gehele leven in Kashmir. Het maakte de mensen dan ook wanhopig afhankelijk van de hulp van de regering, nationale en internationale hulporganisaties voor herstel.
FGA Pakistan
De FGA (Full Gospel Assemblies) is vanaf het allereerste begin na de aardbeving actief betrokken geweest bij het herstel en de opbouw. Onmiddellijk na de ramp zette zij drie kampen op met tenten, dekens en de eerst noodzakelijke levensbehoeften. In 2006, nadat de winter voorbij was, en de mensen weer naar hun huizen terug wilden keren, was hulp nodig bij de herbouw en richtte de FGA zich vooral op dit aspect. Samen met locale en internationale partners van de FGA begonnen zij in Rawalakot, de derde grootste stad in Kashmir.





In dit gebied bouwt de FGA 3 scholen, een medische hulppost, 3 waterputten en een aantal huizen. Toen ik van dit project hoorde, maakte mij dit direct enthousiast omdat het de mensen helpt om hun leven weer op te bouwen in hun eigen gebied en het tegelijkertijd de FGA als instituut helpt om een relatie op te bouwen met de bevolking van Kashmir. Het toont visie en werkelijke betrokkenheid met de mensen.
Van Lahore naar Islamabad
Op woensdag 14 februari reden we naar Islamabad. Deze tocht duurt ongeveer vier en half uur over de autoweg, die is aangelegd door Daewoo, toen Nawaz Sharif eerste minister werd.
Het is een uitstekende weg, recht, glad en goed geëgaliseerd en bijna altijd zo goed als leeg omdat de meeste mensen kiezen voor de beroemde GT road. Maar voordat we op deze rustige weg kwamen, dienden we wel eerst dwars door het chaotische verkeer van Lahore te komen en alleen dat al leek uren te duren.
Eenmaal op de grote weg, doezelde ik - al luisterend naar een cd van Norah Jones - en uitkijkend over het mooie landschap van de Punjab. De Punjab - wat letterlijk betekend ‘vijf rivieren’ - is een vruchtbare streek die doorsneden wordt door de verschillende rivieren. Het is de meest bekende streek in Pakistan en bevat 60% van de bevolking en is de basis van de Pakistaanse industrie en agricultuur met Lahore als historische en nog steeds betekenisvolle hoofdstad.
Een groot deel van de Punjab ligt langs de grens van India. Bekende steden in het Indiase deel van de Punjab zijn Amritsar en Punjabi.


Ik genoot - al kijkend uit het raam van de auto - van het landschap met de vele dorpen tot aan Jhelem rivier. Nadat we de Juelem rivier waren overgestoken, veranderde het landschap terwijl we het Potohar plateau naderde, in een droog ruig gebied, dat al eeuwen lang onaangeroerd en achtergebleven was. Bij het bereiken van een hoger gelegen gebied sloeg mijn gehoor wel even dicht vanwege de hoogte en werd het landschap weer groener en bosrijker. Nog 63 km naar Islamabad.

Islamabad lijkt meer Amerikaans dan Pakistaans. Het werd gebouwd na de geboorte van Pakistan en wordt voornamelijk bewoond door diplomaten, hogere ambtenaren en welgestelde Pakistani. Islamabad is de hoofdstad van Pakistan en is omringd door bossen en heuvels. Hier brachten we de nacht door in een gasthuis van de regering en vroeg in de morgen gingen we op weg naar Kashmir.



De reis naar Kashmir


February 15, 2007
Robert, onze chauffeur, kreeg vrijaf om bij zijn familie in het aangrenzende Rawal Pindi door te brengen. Het laatste deel van de reis werden we gereden door de broer van een Kashmir minister. Minister Raja Kursheed en zijn broeder zijn belangrijke politici in Kashmir en FGA partners in het opbouwproject en zonder hun hulp en begeleiding was het moeilijk geweest om de mensen in Kashmir te bereiken.


Kashmir is een slecht ontwikkeld gebied met betwistte grenzen met het gevolg dat de wegen hier slecht onderhouden zijn. Een sterke auto met vierwielaandrijving is hier wel nodig en de auto van minister Raja voorzag gelukkig in deze noodzaak. Ik mocht voorin de wagen zitten bij de minister en had een mooi uitzicht en nam de nodige foto’s, terwijl mr. Raja onderweg vol trots over allerlei plaatsen die we passeerden de nodige verhalen wist te vertellen.

Het meest speelden de onderlinge gesprekken zich af tussen de minister, mijn vader en de andere FGA mensen over het project en tot mijn verbazing ook over de situatie van de vrouwen in Kashmir. De FGA broeders schenen erg bezorgd te zijn over de vrouwenrechten aldaar. De rechten van de vrouwen in Kashmir verschillen niet zoveel met die in het overige deel van Pakistan, maar zodra het Kashmir betreft, wordt er al gauw met afschuw en verbazing over gesproken in de zin van: ‘hoe is het toch mogelijk, dat dit zo kan’...
Het Pakistaanse deel van Kashmir tot aan Rawalakot is een gebied van lage schilderachtige heuvels begroeid met pijnbomen. Het lijkt op Murree, het door de Engelsen gebouwde bergstation in de Punjab, waar mijn jongste zuster Bonita op school zit. De heuvels worden gescheiden door de Neelum rivier, die in het zuiden overgaat in de Jhelum rivier.


We reden langs de oevers van de Neelum tot aan een oude brug, die we over moesten steken om in Kashmir te komen. Het verschil met de Punjab is groot. De wegen zijn niets meer dan een grintpad, dat net voldoende is voor een auto. Wanneer een wagen van de andere kant komt, dan wordt van de chauffeurs het uiterste gevraagd om in allerlei draaiingen en wendingen een ruimte te creëren om elkaar te passeren.

Voor deze trip moet je echt niet te bang zijn uitgevallen, wat nog eens benadrukt werd door het feit, dat vlak voor ons net een ongeluk was gebeurd. Bij navraag bleek, dat een auto van de weg was geraakt en in de diepte was gestort, waarbij alle inzittenden waren omgekomen.



Start van een nieuwe basisschool
Eindelijk kwamen we na een dagreis aan bij het eerste dorp, waar de FGA een basisschool bouwt voor jongens en meisjes. Het hoofd van de school wachtte ons al op. Hij vertelde dat zijn vrouw tijdens de aardbeving gewond was geraakt, terwijl zij in de klas les gaf. De hele school was verwoest en van de leerlingen in de school waren een aantal omgekomen.
Unicef had na de aardbeving een grote tent neergezet, die als school gebruikt werd. De taak van de FGA is om deze tent te vervangen voor een nieuw schoolgebouw voor dit dorp. Het hoofd begroette ons met een stralende glimlach en liet ons de plaats zien, waar de school gebouwd zou worden.


Terwijl de minister en het FGA team het zakelijk gedeelte bespraken, nam ik een aantal foto’s. Het hoofd ontving alvast een eerste betaling zodat de volgende dag met de bouw kon worden gestart. Ik vond het treffend dat hier de mensen zelf de gelegenheid kregen om de bouw uit te voeren.

Dit is een groot verschil met andere organisaties, die de bouw in eigen handen houden en dan beschikbaar stellen als alles klaar is. Ik denk dat dit een heel goede opstelling is van de FGA, zodat de plaatselijke bevolking de ruimte heeft om naar eigen behoefte te bouwen. Ik besefte dat er op deze wijze meer sprake is van een partnerschap dan van liefdadigheid en ik denk dat dit juist heel positief is.



Herbouw huizen en graven van waterputten
Het volgende dorp dat we bezochten was een plaats waar een waterput werd gegraven en enkele huizen werden herbouwd. De zon ging bijna onder zodat we ons verder moesten haasten naar het volgende dorp, genaamd Niki Kher. Ik merkte dat menigmaal de autobanden slipten en de greep op de weg dreigden te verliezen. Maar eindelijk kwamen we toch veilig aan voordat de zon was ondergegaan.

Het zag er naar uit dat alle mannen van het dorp zich hadden verzameld om ons welkom te heten. Toen we uit de auto kwamen, werden we warm en enthousiast begroet door de oudsten van het dorp met uitbundige hugs en werden we geleid naar een afgraving, waar enkele mannen bezig waren te boren naar water. Dit gebeurde met een eenvoudige machine met lange pijpen en met elke stoot dreven zij de boor dieper. Zij waren inmiddels op 4 meter diep zonder nog water te hebben bereikt. Zij hoopten op een diepte van 5 meter op water te stuiten.. Het boren in deze grond was zeer moeilijk vanwege de vele stenen in de grond.

Er is een groot watertekort in dit gebied omdat de watersystemen in de dorpen vernietigd zijn door de aardbeving en de vrouwen vele kilometers moeten lopen om aan water te komen voor hun gezinnen. Zij balanceren met de grote waterkruiken op hun hoofden en zij gaan altijd in groepen. Daarom is het zo belangrijk dat elk dorp weer een eigen watervoorziening heeft in de vorm van een eigen bron.

Terwijl ik wat foto’s nam van de werkzaamheden, werd ik al gauw omringd door de kinderen van het dorp, die allemaal op de foto wilden. Zodra ze eenmaal op de foto stonden, renden ze naar hun vriendjes om het door te vertellen, zodat ik al gauw al de kinderen van het dorp om me heen had. Een jongetje kwam met een rode paraplu, waarmee hij beslist op de foto wilde.



Nadat de zon was ondergegaan werden we naar het huis gebracht van een dorpsoudste. Het was een lemen huis met een dak van golfplaten. Het dorpshoofd vertelde ons dat het oorspronkelijke huis verwoest was en dit een tijdelijke oplossing was totdat er bronnen genoeg waren voor de bouw van een permanent huis. Dit tijdelijk verblijf had twee kamers, de woonkamer en de slaapkamer en nog een vertrekje, dat als keuken moest dienen. Hier werden dan ook door de vrouwen de verfrissingen voor ons klaar gemaakt.
De mensen in Kashmir zijn erg traditioneel en de niet tot de familie behorende mannen worden gescheiden van de vrouwen, zodat we het keukentje niet te zien kregen.


In de woonkamer waar we zaten, werden we volgens de sociale rangorde in een kring geplaatst. Het dorpshoofd met de oudsten van het dorp, terwijl de jongere mannen wat verder weg zaten. Alleen de mannen in aanzien spraken met de gasten, terwijl de jongere mannen wat verder weg geacht werden stil te zijn en te luisteren.
Het dorpshoofd had een vriendelijke uitstraling. Hij sprak met een zachte stem en legde uit hoe belangrijk het voor hen was om water te vinden en om ter plaatse een medische hulppost te vestigen, omdat de dichtstbijzijnde medische voorziening in Islamabad was. Mijn vader en de andere FGA mensen luisterden aandachtig toe en konden er ook mee instemmen. Zij zouden trachten om hier fondsen voor te verkrijgen.

Inmiddels was het tijd om terug te rijden naar Rawalakot, waar wij de nacht zouden doorbrengen in het gasthuis van de regering. De duisternis was inmiddels ingevallen en jonge mannen begeleidden ons met zaklantaarns naar de auto, omdat er in dit dorp geen elektriciteitsvoorziening is. Het dorpshoofd en de oudsten van het dorp werden uitgenodigd om ons de volgende morgen te bezoeken voor verdere besprekingen en financiering voor de waterbron en de bouw van permanente huizen.

In Rawalakot was een grote maaltijd voor ons bereid. Minister Raja met enkele vrienden waren hierbij ook aanwezig en voor zo’n gebeurtenis kun je wel een aantal uren uittrekken. Een van hen was een professor en was het grootste deel tijdens de gesprekken aan het woord. De meeste van zijn onderwerpen hadden te doen met de ‘westerse samenspanning’ om de Islamitische wereld te vernietigen.
Het scheen de FGA mensen niet zo te raken. Zij waren meer bezorgd om een man, die nog geen vrouw had hoewel hij al bijna 30 jaar was en het hoofd zou zijn van de school, die zou worden herbouwd. Er volgden nog weer hele gesprekken dat het toch wel beschamend was, dat de man nog niet getrouwd was. De volgende morgen zouden we het dorp bezoeken, waar deze school zou worden gebouwd. Inmiddels was het ruim na middernacht en konden we na een lange dag naar de slaapvertrekken.

Op vrijdagmorgen 16 februari werd ik al vroeg gewekt door MSN felicitatieberichten en mijn mobiel vanwege mijn 24ste verjaardag. Het was bitter koud in Kashmir. Mijn vader nam met de minister het programma van de dag door. We zouden het laatste dorp bezoeken, waarin de FGA betrokken was voor de herbouw en daarna weer terug naar Lahore.
Eerst moesten we nog een lading cement kopen voor de bouw en de nodige vooruitbetalingen verrichten aan de mensen, die bij de herbouw betrokken zijn.

In dit derde en laatste dorp dat wij bezochten zou een nieuwe school en een aantal huizen worden gebouwd.  In de school wordt onderwijs gegeven vanaf de 1ste tot en met de 10e groep
en is de grootste particuliere school in dit gebied.
Het hoofd van de school was de man, wiens ongehuwde staat de vorige avond het onderwerp van gesprek was geweest. Hij leidde ons naar een grote tent, die zij gekregen hadden door een internationale hulpactie. De tent was oud en gescheurd, maar vol leerlingen, die vanwege de ruimte dicht opeen in groepen op de grond zaten. Het was moeilijk om te onderscheiden welke leeftijdsgroepen hier bijeen waren omdat er bijna geen ruimte over was.

Het viel mij op, dat de leerlingen hier met grote intensiteit de lessen volgen en het belang beseffen van een goede schoolopleiding voor hun toekomst. De vanzelfsprekendheid van school en opleiding zoals we dat in het westen kennen, ontbreekt hier. Zonder school hebben zij praktisch geen toekomst.

Nadat het schoolhoofd ons had verwend met thee en een echte heerlijke zoete Kashmir lunch namen we afscheid en verlieten het dorp. Onderweg stopten we nog bij de cementfabriek , waar de FGA inmiddels een plaatselijk kantoortje met een Kashmiri employé heeft gevestigd, wiens taak het is om de cementvoorraad te bewaken en toe te zien op de aflevering. Hij zorgde voor een lunch en daarna de lange autotocht naar Lahore.
Op de terugweg haalden we eerst mijn jongste zus Bonita op, die in Murree op school zit en voor de voorjaarsvakantie een week naar Lahore mocht. In verband met mijn verblijf in Pakistan, mocht zij een weekje langer mee, dat mooi meegenomen was.







Slotconclusie
Nu ik dit allemaal zo neerzet en nadenk over wat ik daar allemaal gezien heb, komen er allerlei tragische bijzonderheden naar boven, die onvoldoende tot mij doordrongen terwijl ik daar was. Toen wij Kashmir bezochten, waren de mensen zo blij en vol verwachting over de herbouw, dat ik daardoor enigszins werd afgeleid en niet ten volle de ellende en het verdriet realiseerde, die veroorzaakt waren door de aardbeving.

De mensen liepen ook niet te koop met de gevolgen van de verwoesting, die hun leven had onderste boven gekeerd. Toch waren die gevolgen overal duidelijk zichtbaar.
Het is waar dat de dorpsoudste vol hoop was, maar hij woonde voorlopig nog wel in een huis, dat met hardboard bijeengehouden moest worden. En hoewel het schoolhoofd enthousiast was over de nieuwe school die zou komen, waren vele leerlingen bedolven onder het puin van de oude school. Terwijl de mannen en kinderen van het dorp de gravers naar water omringden en vrolijk raadden naar het uur en de diepte wanneer het water bereikt zou worden, liepen de vouwen ondertussen nog steeds kilometers met zware kruiken op hun hoofd om het water aan te slepen...

Ik wil tot slot zeggen, dat deze driedaagse reis naar Kashmir voor mij bijzonder verhelderend en verfrissend werkte in die zin, dat mij wel duidelijk werd, dat wanneer rampen plaatsvinden, mensen hun vooroordelen en verschillen opzij zetten om elkaar bij te springen.
Na de aardbeving was er - tenminste zeker voor enige tijd - geen sprake van vijanden, daar mensen van allerlei verschillende geloofsovertuigingen betrokken waren in herstel van het getroffen gebied. Zelfs al was de aardbeving een grote ramp, wil ik toch geloven dat het mensen op een wonderlijke manier samen heeft gebracht.
Het is een feit, dat de FGA (Full Gospel Assemblies), een bekende christelijke organisatie, bestaande uit vele gemeenten, pas nu kan werken in Kashmir en helpen met de opbouw als gevolg van de ramp. Het vervult mij met gevoelens van sympathie en hoopvolle verwachting voor Kashmir.



 
Copyright © 2003- - Stichting Schatkamer voor de Wereld, te Rotterdam
 
Website: Christus in Pakistan - Coördinator: Klaas van Balen - Webmaster: Theo Meijer
 
Terug naar de inhoud